REAEL, LAURENS: Sonnet op "De Ledige Uren " van C. Huygens

[ZaunköniG]

LAURENS REAEL

Sonnet op "De Ledige Uren" van den
Ed. Heer C. Huygens

Wat hof doet sick bier op, vol allerleye bloemen
Van serpe jockery, van deftigh' Hemelpraet,
Van heylsaem bitterheyt, van nutte zedenraet,
Van minnekoosery, betgeen wy vryen noemen ?
En ginder in de paén start afgeschildert, hoe men
Sich quijten sal nae plicht in opgeleyden staet.
Ghy, die uw snoepigh oogh op aerdsche bloemen slaet,
Verstondt ghy dees to recht, ghy soudtse hooger roemen ;
Uw 'gulp, die rijst en swijmt ; uw schoone Violier,
Narciss' en Hyacinth en rieckend' Eglantier,
En al het aerttapijt de Winter komt berooven ;
Maer deze bloemkens, die haer onverwelcte blaen,
In 't bioeyendst van de jeucht soo statich open slaen,
Ons in den Somertijdt een Winter-ooft beloven.