01.08.2012, 18:27
.
De zwarte vijver van mijn wanhoop lokte
Met blanke zwanen van erinnering.
De duiven van mijn liefde, in langgelokte
Zilveren wilgen, koerden roepgezing.
Mijn wil bezweek, mijn angstvolle adem stokte,
De wilgen banden me in een tooverkring.
Een lelie deinde, 't water zwol en klokte,
De diepte riep me, tot mijn ziel verging.
'k Wierp achtloos weg wat vulde mild mijn handen,
Wat ritselriet en blauw vergeet-mij-niet,
Die 'k zocht en zamelde aan de vijverranden.
De zwarte vijver zong me een wiegelied.
Nu zal ik zeker in Nirwâna landen
En zacht verzinken in het Eeuwig Niet...
De zwarte vijver van mijn wanhoop lokte
Met blanke zwanen van erinnering.
De duiven van mijn liefde, in langgelokte
Zilveren wilgen, koerden roepgezing.
Mijn wil bezweek, mijn angstvolle adem stokte,
De wilgen banden me in een tooverkring.
Een lelie deinde, 't water zwol en klokte,
De diepte riep me, tot mijn ziel verging.
'k Wierp achtloos weg wat vulde mild mijn handen,
Wat ritselriet en blauw vergeet-mij-niet,
Die 'k zocht en zamelde aan de vijverranden.
De zwarte vijver zong me een wiegelied.
Nu zal ik zeker in Nirwâna landen
En zacht verzinken in het Eeuwig Niet...