01.08.2012, 18:51
.
Ik zag een blonden knaap, die zingend groef
Een reuzegraf, zeer lang en duizeldiep.
En 'k hoorde een stem, die bij den naam mij riep,
Dien 'k droeg als kind. - Droomde ooit ik droom zóo droef? -
En door dat onderaardsche donker liep
Ik bang - daar was geen andre weg - met stroef-
Gesloten mond en angstvolle oogen. - ‘Toef
Een wijle! ik kom,’ riep ik, doch alles sliep.
Doch na een tocht, die leek wel eeuwen lang,
Zag ik de zon, die laaide in lenteblauw....
- ‘Is dit de hemel na mijn aardegang
En zal ik weerzien alle om wie ik rouw?’
Ik voelde een adem huiv'ren op mijn wang
En 'k hoorde fluistren wie mij riep: - ‘Blijf trouw!’
Ik zag een blonden knaap, die zingend groef
Een reuzegraf, zeer lang en duizeldiep.
En 'k hoorde een stem, die bij den naam mij riep,
Dien 'k droeg als kind. - Droomde ooit ik droom zóo droef? -
En door dat onderaardsche donker liep
Ik bang - daar was geen andre weg - met stroef-
Gesloten mond en angstvolle oogen. - ‘Toef
Een wijle! ik kom,’ riep ik, doch alles sliep.
Doch na een tocht, die leek wel eeuwen lang,
Zag ik de zon, die laaide in lenteblauw....
- ‘Is dit de hemel na mijn aardegang
En zal ik weerzien alle om wie ik rouw?’
Ik voelde een adem huiv'ren op mijn wang
En 'k hoorde fluistren wie mij riep: - ‘Blijf trouw!’