01.08.2012, 10:17
.
Gelijk een reine droomgewijde vijver,
In heilig bosch, waar vroom de wind komt zingen,
Een scherpe steen in 't weeke hart voelt dringen,
Geslingerd wild door ruw een rustverdrijver;
Haar stilte rilt in breede rimpelingen...
Luid lacht de knaap en werpt, vol dwazen ijver,
Nu steen na steen in 't spiegelvlak: beschrijve er
Elk kantig keitje grooter smartekringen!
Zoo voelt mijn ziel de teedre spiegelbeelden
Van heeml en aard door 't honend woord vermoorden
En beeft van pijn om plots verloren beelden.
Dan kwetst de wereld wel met wreeder woorden
De zachte ziel. - En toch, de wonden heelden,
De steenen zonken, die haar vrede stoorden.
Gelijk een reine droomgewijde vijver,
In heilig bosch, waar vroom de wind komt zingen,
Een scherpe steen in 't weeke hart voelt dringen,
Geslingerd wild door ruw een rustverdrijver;
Haar stilte rilt in breede rimpelingen...
Luid lacht de knaap en werpt, vol dwazen ijver,
Nu steen na steen in 't spiegelvlak: beschrijve er
Elk kantig keitje grooter smartekringen!
Zoo voelt mijn ziel de teedre spiegelbeelden
Van heeml en aard door 't honend woord vermoorden
En beeft van pijn om plots verloren beelden.
Dan kwetst de wereld wel met wreeder woorden
De zachte ziel. - En toch, de wonden heelden,
De steenen zonken, die haar vrede stoorden.