31.07.2012, 10:02
.
Schim van mijzelve, bleek in grijze dracht,
Rijpwit omlokt het rimpelrijk gelaat,
Gebogen over 't sprokig vuur, waar praat
Een roode-en-gouden haardkabouter zacht; -
Zie ik mij zitten, rein van smart en haat,
Eenvoudig kind - de kringloop is volbracht -
Tevreden zingende in mijn levensnacht,
't Verleden ziende als een beweegbre plaat.
En nevens mij buigt bevende ook mijn Al,
Mijn zeegnende Engel en mijn eenig Kind
Den kruin besneeuwd door Levens vlokkenval.
Wij luistren wachtend... zacht, door d' avondwind
Gedragen, trilt al ver bazuingeschal
Van blanken Dood, die saam ons droomen vindt.
Schim van mijzelve, bleek in grijze dracht,
Rijpwit omlokt het rimpelrijk gelaat,
Gebogen over 't sprokig vuur, waar praat
Een roode-en-gouden haardkabouter zacht; -
Zie ik mij zitten, rein van smart en haat,
Eenvoudig kind - de kringloop is volbracht -
Tevreden zingende in mijn levensnacht,
't Verleden ziende als een beweegbre plaat.
En nevens mij buigt bevende ook mijn Al,
Mijn zeegnende Engel en mijn eenig Kind
Den kruin besneeuwd door Levens vlokkenval.
Wij luistren wachtend... zacht, door d' avondwind
Gedragen, trilt al ver bazuingeschal
Van blanken Dood, die saam ons droomen vindt.