30.07.2012, 18:14
.
Jonkvrouw, wier marmren altaar 'k nooit dorst naken
Dan rein gekleed in de u gewijde kleuren
Van lelie en van hemel, laat gebeuren
Mijn ziel de zalving van uw zaligmaken.
Door slijk van straat en bloed van strijd wil sleuren
De drieste drom uw priesteres en wraken
Mijn heilig tempellied... O laat niet raken
Mijn blank-en-blauw door handen die 't besmeuren!
Verstoot mij nooit, o Koningin van Schoonheid!
Zie zeegnend neder, als een moederoog doet,
Op de offerkransen die uw troon tentoonspreidt.
Eeuwige Jonkvrouw! sterk en sterrenhoog moet
Mijn moed zijn, strevend naar waar 't heerlijk loon leit,
Uw vredehemel: dat is ál mijn hoogmoed.
Jonkvrouw, wier marmren altaar 'k nooit dorst naken
Dan rein gekleed in de u gewijde kleuren
Van lelie en van hemel, laat gebeuren
Mijn ziel de zalving van uw zaligmaken.
Door slijk van straat en bloed van strijd wil sleuren
De drieste drom uw priesteres en wraken
Mijn heilig tempellied... O laat niet raken
Mijn blank-en-blauw door handen die 't besmeuren!
Verstoot mij nooit, o Koningin van Schoonheid!
Zie zeegnend neder, als een moederoog doet,
Op de offerkransen die uw troon tentoonspreidt.
Eeuwige Jonkvrouw! sterk en sterrenhoog moet
Mijn moed zijn, strevend naar waar 't heerlijk loon leit,
Uw vredehemel: dat is ál mijn hoogmoed.