30.07.2012, 16:31
.
Gelijk een grafsteen voor den leeuwenkuil,
Viel dreunend dicht de onwrikbaar zware poort.
En, wreed bezeeglend den profetenmoord,
Sloot 's konings ring het hol vol doodsgehuil.
Doch de Engel sprak: - ‘Voorwaar, de Heer houdt woord.
Hij leidde uw volk met wolk en vlammenzuil
En temt den leeuw, die vlijt gedwee den muil
Me in de open hand en zwijgt, door God bekoord.’
Zoo, koning Noodlot, sloot ge, in strenge straf,
Mijn dichterziel met driften, dreigend fel,
Wentelde op 't hol den steen - en wendde u af.
O Vader God, die kent mijn angsten wel,
Laat niet dit leven zijn mijn zielegraf,
Doch zend me uw Engel, als aan Daniël!
Gelijk een grafsteen voor den leeuwenkuil,
Viel dreunend dicht de onwrikbaar zware poort.
En, wreed bezeeglend den profetenmoord,
Sloot 's konings ring het hol vol doodsgehuil.
Doch de Engel sprak: - ‘Voorwaar, de Heer houdt woord.
Hij leidde uw volk met wolk en vlammenzuil
En temt den leeuw, die vlijt gedwee den muil
Me in de open hand en zwijgt, door God bekoord.’
Zoo, koning Noodlot, sloot ge, in strenge straf,
Mijn dichterziel met driften, dreigend fel,
Wentelde op 't hol den steen - en wendde u af.
O Vader God, die kent mijn angsten wel,
Laat niet dit leven zijn mijn zielegraf,
Doch zend me uw Engel, als aan Daniël!