29.07.2012, 15:55
.
O lippen, rood als rozen en frambozen,
Die, kussen ademend, om kussen vragen!
O krachtige armen, die mij, moede, kozen
Om veilig door 't vijandig Zijn te dragen!
O donkere oogen, zachte grondelooze
Oogen, zóo rein als nooit mijn oogen zagen,
Oogen, waarin geen sprank is uit den Booze,
Maar waar Gods englen d'eigen blik in wagen!
O jong glad voorhoofd, geestdriftvol en edel,
Omkranst van blijde zijden kroezellokken,
Zwart aureool om lichten dichterschedel!
O stem, die me in uw armen wist te lokken,
Zoo roerend zoet als 't nachtlied van een vedel,
Zoo heimweevol als klank van avondklokken!
O lippen, rood als rozen en frambozen,
Die, kussen ademend, om kussen vragen!
O krachtige armen, die mij, moede, kozen
Om veilig door 't vijandig Zijn te dragen!
O donkere oogen, zachte grondelooze
Oogen, zóo rein als nooit mijn oogen zagen,
Oogen, waarin geen sprank is uit den Booze,
Maar waar Gods englen d'eigen blik in wagen!
O jong glad voorhoofd, geestdriftvol en edel,
Omkranst van blijde zijden kroezellokken,
Zwart aureool om lichten dichterschedel!
O stem, die me in uw armen wist te lokken,
Zoo roerend zoet als 't nachtlied van een vedel,
Zoo heimweevol als klank van avondklokken!