15.03.2007, 13:05
En zeg nu niet dat ik niet schertsen mag,
En doen als was een mensch een pop van hout,
Herhaal niet: poppelippen blijven koud,
Al kust en slaat gij ze op eenzelfden dag; -
En poppenoogen schreien niet, en lach
Noch traan ontbeeft ze, en poppenhart vertrouwt
Geen menschemond, en klopt niet luid, al zou 't
De hand stuk drukken die 't te streelen plag...
O zeg dat niet - want 'k weet het wonderwel:
Mij zien van overal hun oogen aan...
En vraag niet of ik schreiende oogen ken...
Maar schreien is het eind van álle spel, -
En liet ik deez' niet schreien, 'k zou vergaan
Van weedom, om wat mooi is bóven hen.
En doen als was een mensch een pop van hout,
Herhaal niet: poppelippen blijven koud,
Al kust en slaat gij ze op eenzelfden dag; -
En poppenoogen schreien niet, en lach
Noch traan ontbeeft ze, en poppenhart vertrouwt
Geen menschemond, en klopt niet luid, al zou 't
De hand stuk drukken die 't te streelen plag...
O zeg dat niet - want 'k weet het wonderwel:
Mij zien van overal hun oogen aan...
En vraag niet of ik schreiende oogen ken...
Maar schreien is het eind van álle spel, -
En liet ik deez' niet schreien, 'k zou vergaan
Van weedom, om wat mooi is bóven hen.