12.08.2012, 11:54
David Moolenaar
19tes Jahrhundert Niederlande
Die morgen.
Voor moeder.
Die morgen, als in 't nachtlijk huis de deuren
voor zwarte mannen zullen opengaan,
als stom-beslist ze uw doode lichaam beuren
en 'k wild-bewogen zal terzijde staan;
als 'k hoor hun schuifeltred de gang door zeuren,
naar buiten waar de donkre wagens staan,
en 'k in een duiz'ling volgen zal - en treuren,
en keeren zal - en treuren nog,.... voortaan
alleen, zonder uw goed gelaat, uw lach,
uw stem, uw teedre zorg.... O moeder, dan,
die morge', in diè verlatenheid, voor 't eerst
waarachtig zal 'k beseffe' ùw liefde teerst,
ùw wijding schoonst, gij, gìj 't dierbaarst van
al menschen mij, wìe is, wìe komen mag.
19tes Jahrhundert Niederlande
Die morgen.
Voor moeder.
Die morgen, als in 't nachtlijk huis de deuren
voor zwarte mannen zullen opengaan,
als stom-beslist ze uw doode lichaam beuren
en 'k wild-bewogen zal terzijde staan;
als 'k hoor hun schuifeltred de gang door zeuren,
naar buiten waar de donkre wagens staan,
en 'k in een duiz'ling volgen zal - en treuren,
en keeren zal - en treuren nog,.... voortaan
alleen, zonder uw goed gelaat, uw lach,
uw stem, uw teedre zorg.... O moeder, dan,
die morge', in diè verlatenheid, voor 't eerst
waarachtig zal 'k beseffe' ùw liefde teerst,
ùw wijding schoonst, gij, gìj 't dierbaarst van
al menschen mij, wìe is, wìe komen mag.