Sonett-Forum

Normale Version: Klooster-verzen
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
I

Ik stoot mijn venster open,... allerwegen

ligt het verklaarde land in morgens koel gewaad,

de kloosterbel tampt zijnen goeden zegen,

die door de ochtend-stilt' zijn bronzen uren slaat.



Een vroege man, die aan de akkerlanden staat,

is als een schim, roerloos der aarde toe-genegen,

om hem zijn àl geluiden stil-gezwegen,

wanneer zijn vaste voet langs verre wegen gaat.



Wat is dit goed, ik sta, een eenzaam kind,

en breid mijn handen naar den hemel heen,

het is me of in de jaren, die vergleên,

ik ging als levenloos, bleek en verblind,

wist niet wat ik in mijne beên

nog zocht, een ander in het leven vindt.
II

En ied're morgen weer, als aan de witte wanden

van mijn verlaten cel wat zonne-schampen beven,

rijs ik ter legerstede uit en mijn verbleekte handen

zijn, Moeder, naar uw schoon gelaat geheven.



De nacht heeft enkel mij dit vreemd gebed gegeven,

dat door de jaren, die naar d' avond-stranden

des doods verdeinen doen mijn schemer-lichte leven,

ik moge staan zeer sterk in uwe heil'ge branden.



Maar o, het lijkt wel of daarbuiten in de boomen,

wier rijke bloesems aan mijn venster neigen,

of daar het leven als in duizend voog'len-zangen

zingt door de lentelijke lucht,... en goede droomen

waren langs de avondlijke paden. O, mijn verlangen,

dat ge toch éénmaal nog moogt zwijgen!
III

Hoe menigmaal sindsdien zat ik in stilt' gebogen

en hoorde naar de stem van zee en wind,

die hunk'rend van de wijde stranden komt gevlogen

en nimmermeer een goede rustplaats vindt,



want schooner dan de droom van verre oogen,

en dan het donker lied, dat ieder hart bemint,

is wat uit zee en wind tesaam is opgetogen:

hun hooge en schoone, heem'len-zwervend kind.



Dit is het goede huis, het wèl-beminde, -

der and'ren leven schijnt heel stil en vroom;

door al mijn jaren ga ik als een blinde,

die nooit meer schouwt jeugd's onverwelkb'ren droom -

maar in herinnerings smartlijk-schaam'len stroom

voor immer nu een sterke troost moet vinden.