26.11.2018, 11:28
.
't Is Beatrijs, die uit de kloosterpoort
Bij 't vallen van den avond sluipt naar buiten,
Bebloemde velden langs waar vooglen fluiten
En tusschen boschjes over 't mospad voort,
Tot ze uit 't struweel zich zachtkens roepen hoort
En 's lieven arm heur snelle vlucht komt stuiten
En bleeke wangen tegen wangen sluiten
Waar liefde's roos in purperglansen gloort.
Dàn na 't gedartel weg, de wereld in,
En jaren lang in kommer rondgezworven,
Maar 't eind viel zwaar na 't vreugdevol begin.
Zij klopt weer aan. Wie opent? Als bestorven
Versteent zij haast. Gods Moeder heeft uit min
Haar taak vervuld - zij 't hemelrijk verworven!
't Is Beatrijs, die uit de kloosterpoort
Bij 't vallen van den avond sluipt naar buiten,
Bebloemde velden langs waar vooglen fluiten
En tusschen boschjes over 't mospad voort,
Tot ze uit 't struweel zich zachtkens roepen hoort
En 's lieven arm heur snelle vlucht komt stuiten
En bleeke wangen tegen wangen sluiten
Waar liefde's roos in purperglansen gloort.
Dàn na 't gedartel weg, de wereld in,
En jaren lang in kommer rondgezworven,
Maar 't eind viel zwaar na 't vreugdevol begin.
Zij klopt weer aan. Wie opent? Als bestorven
Versteent zij haast. Gods Moeder heeft uit min
Haar taak vervuld - zij 't hemelrijk verworven!