Sonett-Forum

Normale Version: Veth, Jan: Vreemd geluk
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
Jan Veth
1864 - 1925 Niederlande


Vreemd geluk.


Ik heb zoo vaak uw aangezicht, mijn vriend,

Tersluiks aanschouwd, en mij dan afgevraagd,

Wàt heil gij eens aan lichte kimmen zaagt,

En welken afgod gij geduldig dient.



Want naar het raadsel van uw trekken ziend,

Die teeder zijn en nochtans onversaagd,

Is 't me of een gulden glans uit deemoed daagt:

Een schijn van vreemd geluk, in leed verdiend.



O 't is wel, wijl ge in wanhoop en in trouw,

Vragend niet meer dan een gehoorzaam kind,

Uw peinzen richtend naar een verre vrouw,



In zaâlge pijn staâge vertroosting vindt.

Als een die, door fèl-vromen lust bezield,

Een zoete wonde heimlijk bloedend hield.