15.08.2012, 21:36
Gij, die de al-eenge Schoonheid zijt,
Lichtend boven àl blind begeeren,
Tot u, Hoog Lief, zal 'k steeds weer keeren
Mijn bleeke blikken, dof-geschreid
Om liefde's ontoereikendheid
Voor wie hun hoogsten droom verneêren
En om hen zelf de beelden eeren
Die stralen door ùw heerlijkheid.
En heeft me opnieuw uw gloed gekust,
Dan zullen glanzen weer mijn oogen
Om aller liefden leed en lust,
En droomend zal hun schoone logen
Weer zoeken, minnend en bedrogen,
Op nieuwen dool mijn ziel die nimmer rust.
Lichtend boven àl blind begeeren,
Tot u, Hoog Lief, zal 'k steeds weer keeren
Mijn bleeke blikken, dof-geschreid
Om liefde's ontoereikendheid
Voor wie hun hoogsten droom verneêren
En om hen zelf de beelden eeren
Die stralen door ùw heerlijkheid.
En heeft me opnieuw uw gloed gekust,
Dan zullen glanzen weer mijn oogen
Om aller liefden leed en lust,
En droomend zal hun schoone logen
Weer zoeken, minnend en bedrogen,
Op nieuwen dool mijn ziel die nimmer rust.