Sonett-Forum

Normale Version: De bank
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
.

De bank, waar wij zoo vaak te zamen waren,

Is thans vermolmd onder den ouden boom;

Hoe lang geleên! hoe vlieden mij de jaren,

Maar ook hoe eeuwig levend de' oude droom!

Ach! al dier jaren droefdonkere stroom

Is als één lange nacht voorbijgevaren,

Maar diep daaronder bleef mijn hart in schroom

En heil'ge Aanbidding uw gelaat bewaren.

Dat licht daar altijd - voor zooverre' ‘altijd’

Gezegd mag worden door eens menschen mond -

Maar schoonst, als 't hier, me' een Lente dag kwam dagen...

Nú valt het hout vermolmd op vocht'gen grond,

En, waar 'k zoo blijde U 't Leven heb gewijd

Gaat door den boom des najaars angstig klagen.