12.08.2012, 11:16
Jan L. Walch
1879 - 1946 Niederlande
Herfst 1903.
Als eens in later tijd mijn leven loom
en droef is, zal 'k in schrift nóg spreiden
de volheid van de glorieuse tijden
van thans, nu mij bedelft een stroom
van schoonheid - o, de rijke kleuren
van dit oud stadje - búiten vluchten
trekvogels - de rivier bij schemerluchten -
en 's morgens de vreemd-frissche najaarsgeuren...
Die werpt de koele wind mij toe...
Ik zie, een zalig man, en voel de zilte
frischheid... de wondere dagen rijen voort...
'k Doorleef ze met diep ademen en doe,
als ik wèl-zalig zit in avondstilte,
mijn vreugden eeuwig zijn in glanzend woord.
1879 - 1946 Niederlande
Herfst 1903.
Als eens in later tijd mijn leven loom
en droef is, zal 'k in schrift nóg spreiden
de volheid van de glorieuse tijden
van thans, nu mij bedelft een stroom
van schoonheid - o, de rijke kleuren
van dit oud stadje - búiten vluchten
trekvogels - de rivier bij schemerluchten -
en 's morgens de vreemd-frissche najaarsgeuren...
Die werpt de koele wind mij toe...
Ik zie, een zalig man, en voel de zilte
frischheid... de wondere dagen rijen voort...
'k Doorleef ze met diep ademen en doe,
als ik wèl-zalig zit in avondstilte,
mijn vreugden eeuwig zijn in glanzend woord.