Sonett-Forum

Normale Version: Vermeylen, August: In den Nacht
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
August Vermeylen
ps: Karel de Visscher


In den Nacht


Menschjes, ik weet hoe leêg zijn menschgebaren,

'k Weet dat de woorden door den mensch gezeid

In 't ijle slaan, en 'k praat en lijk verblijd

Of droef, mijn vrienden en beminden, maar en



Haat noch bemin. En geen van wie daar staren

Met dooden blik, o ziel, weet wie gij zijt,

En dat rond uw geheimen wonderbare

Elk mijner woorden strekt een eenzaamheid.



'k Ben liefdeleêg... Maar geen weet, als te loor is

Gezonken 't rijk van 't menschelijk ‘bijna’,

Wat me in de keel daar brandt, wat dol verlangen



Dat schreiend uitslaan wil in gloed van zangen,

En hoe 'k in stralenkrans van duiz'ling ga

Door eenzaamheid, het hoofd vol duistre glories.