Sonett-Forum

Normale Version: Goethe en Jean Paul.
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
Goethe en Jean Paul.


Goethe is de zon gelijk die bij zijn stralend stijgen

Gulden doorglinsterde zijn weeken tranendauw,

Maar die des middaags warme gloeden klaar deed zijgen

Uit een onpeilbaar-puur en zuidlijk-donker blauw,



Die over 't menschdom en zijn zwoegend zweetend hijgen

Zijn zuivre baan beschreef in schijnbre zielekoû,

En die zijn bontste pracht ontplooide in 't vlammend nijgen

Gelijk de waaierstaart van een reusachtge pauw;



Maar in het sterrenheir van de andre duitsche dichters

Blinkt als de ronde maan zoo rein en teer en vroom

Jean Paul, de weemoedrijke in zijn onaardsch gedroom:



Wie zag ter wereld ooit iets droevigers en lichters

Dan van zijn diepen glans de parelende stroom

Verzilvrend menschgelaat en beek en berg en boom?