Sonett-Forum

Normale Version: HET SONNET
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
.


Op luchte wiek naauw merkbaar opgeheven,
Rondfladderend langs 't geurig bloemenbed,
Zien wij u meest, o dartelend Sonnet!
Als vlugge sylf in 't stralend zonlicht zweven,
Maar, schoon alsdan de lachjens u omgeven,
Toch volgt ook vaak de mij mrende Ernst uw tied,
Die 't mirtengroen u van de lokken zet,
En in uw oog een stillen traan doet beven.
0 ja, uw stem, uw zoete fluistertaal,
Verkwikt, vertroost, verrukt ons menigmaal,
Als wij vergeefs uw schooner zusters wachten:
ZOO laaft, wanneer de lenteregen faalt,
De malsche dauw, bij drupplen neergedaald,
De rozenknop, van hate en dorst aan 't smachten.