03.08.2012, 15:52
O toomelooze droomen! wordt bescheiden.
Gij zijt gelijk op ooft beluste knapen,
Die heimlijk uit omheinde boomgaard kapen
Verboden fruit, belovend groot verblijden.
Wilt liever tam, gelijk tevreden schapen,
Den herder volgen naar de malsche weiden,
En, vacht aan vacht, den koelen morgen beiden
In warme stal, waar 't wél is, kalm te slapen.
Oproer'ge droomen, wie mijn wil niet leerde,
U éen te voelen met de makke heerde,
Ziganerbende! looze vagebonden!
Wel leerde ik u de kudde fier verachten,
Maar door de koorden van mijn plicht gebonden,
Bleef, daadloos mijmrende, ik bevrijding wachten.
Gij zijt gelijk op ooft beluste knapen,
Die heimlijk uit omheinde boomgaard kapen
Verboden fruit, belovend groot verblijden.
Wilt liever tam, gelijk tevreden schapen,
Den herder volgen naar de malsche weiden,
En, vacht aan vacht, den koelen morgen beiden
In warme stal, waar 't wél is, kalm te slapen.
Oproer'ge droomen, wie mijn wil niet leerde,
U éen te voelen met de makke heerde,
Ziganerbende! looze vagebonden!
Wel leerde ik u de kudde fier verachten,
Maar door de koorden van mijn plicht gebonden,
Bleef, daadloos mijmrende, ik bevrijding wachten.