Sonett-Forum

Normale Version: Grafbloemen
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
.

Den lauwer laat, de lelie en den palm,

De rozen vlámrood, liefde's lied ten loon,

Niet dauwnat vallen, waar, in de enge woon,

Ten leste ik lig in doodsslaap droomloos kalm.



Dat niet mijn ziel geloove 't leven schoon

En blijv' verbonden door een teedren schalm

Van liefde aan 't roerloos lijf en bevend talm,

Om roze en lelie, palm en lauwerkroon.



Zij dronk, in dorst, de kralen van de dauw,

Geloovend elke een laten liefdetraan:

Zij kón niet ópzweve' in het hemelblauw.



Misleid mijn ziel niet: éens toch wijkt de waan.

Kniel liever stil en bid, vol groot berouw,

Om wat uw zwijgen heeft mijn ziel misdaan.