02.08.2012, 16:39
Violen, blauw als reine meisjesoogen,
Die wachte' een wonder na den Meienacht,
Half bang, half blij, met prillen dauw bevracht,
Die lenteblauw hebt zóo diep ingezogen
Dat, zelfs bij rege', in u de hemel lacht -
D' azuren lach, waarheen mijn droomen vlogen,
Als dronken vlinders, fladdrende opgetogen
Om de open kelken, waar de honig wacht!
O zijt gij de ál te vroeg in de aard verholen
Oogen van meisjes, die herleven deed
In blauwen bloei van vragende violen
De lente-weemoed van haar liefdeleed,
Wijl de arme zieltjes vredezoekend dolen,
Van zwerven moe, tot sterven niet gereed?
Die wachte' een wonder na den Meienacht,
Half bang, half blij, met prillen dauw bevracht,
Die lenteblauw hebt zóo diep ingezogen
Dat, zelfs bij rege', in u de hemel lacht -
D' azuren lach, waarheen mijn droomen vlogen,
Als dronken vlinders, fladdrende opgetogen
Om de open kelken, waar de honig wacht!
O zijt gij de ál te vroeg in de aard verholen
Oogen van meisjes, die herleven deed
In blauwen bloei van vragende violen
De lente-weemoed van haar liefdeleed,
Wijl de arme zieltjes vredezoekend dolen,
Van zwerven moe, tot sterven niet gereed?