Sonett-Forum

Normale Version: Ik zag mijn dochter, in een vreemden droom
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
.


Ik zag mijn dochter, in een vreemden droom,

Mijn langverlangden nooitverworven schat.

Een blanke paerl in glanzend git gevat,

Was, tragisch-bleek, haar donkr-omvlochten vroom

Gelaat, met oogen zwart van wee. - Zij trad,

In kleed van rouw, in grauwen schemerdoom,

Tot mij, - 'k omarmde haar, vol liefde en schroom

En voelde - dat 'k een schim in de armen had.



- ‘O kind! mijn kind! waar bleef je toch zoo lang?

Vul de arme leege woon met lach en spel!

Kus warm en rood mijn kille witte wang!

Versteend-bevrozen lag de liefdewel

Zwaar in mijn boezem, wachten wordt zóo bang!’



Mijn kindje zweeg - een droom - en 'k wist het wel.