01.08.2012, 17:57
.
Een groepje koeien glanzeglad kastanjebruin,
In 't slankgehalmde gras van koel-fluweelen wei,
Vol geel satijn van boterbloemen-milde Mei,
Die maakte er spelend van een stille' idylletuin.
Het gras, zoo zacht en toch smaragden-lanzig lei
Vol dauwjuweele', een knoestige appelboom droeg schuin
Zijn alpensneeuwen blank-beroosden bloemenkruin
En gouën-regen bloeide en ál was kalm en blij.
- ‘Hier wil ik weiden wel,’ zei 't arme lam, mijn ziel,
‘Hier voel ik bang verlang tot vrede rein gestild,
Hier peinze ik veilig over ál wat mij geviel.’
Maar fel-geweldig, eve' als 't leven, sleurde wild
De sneltrein, donkre draak, met duizelwreed gewiel
Mij ver van weieweelde en vrede meiemild.
Een groepje koeien glanzeglad kastanjebruin,
In 't slankgehalmde gras van koel-fluweelen wei,
Vol geel satijn van boterbloemen-milde Mei,
Die maakte er spelend van een stille' idylletuin.
Het gras, zoo zacht en toch smaragden-lanzig lei
Vol dauwjuweele', een knoestige appelboom droeg schuin
Zijn alpensneeuwen blank-beroosden bloemenkruin
En gouën-regen bloeide en ál was kalm en blij.
- ‘Hier wil ik weiden wel,’ zei 't arme lam, mijn ziel,
‘Hier voel ik bang verlang tot vrede rein gestild,
Hier peinze ik veilig over ál wat mij geviel.’
Maar fel-geweldig, eve' als 't leven, sleurde wild
De sneltrein, donkre draak, met duizelwreed gewiel
Mij ver van weieweelde en vrede meiemild.