Sonett-Forum

Normale Version: Medusa
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
.


Ik sta alleen op maanbleek avondstrand.

Droef zoeft de wind, de zee zwoegt moede en zwaar.

Mijn wonde voeten overspoelt de baar,

Als koele balsem, blank van zilverbrand.



En zacht, terwijl ik in de golven staar,

Brengt mij de zee uit ver Verledenland

Een eens geliefd gelaat, op 't oeverzand

Verstijfd tot marmer in zijn krans van haar.



O doode Jeugd! hoe houdt gij streng gericht

Uw eeuwiglevende oogen op mijn ziel,

Verlamd door uw Medusa-aangezicht!



Wend af dien blik, opdat ik nederkniel

En weenend smeek': treed niet met me in 't gericht,

Wijl me op het veld uw lelievaan ontviel.