Sonett-Forum

Normale Version: WINTERMORGEN
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
In 't somber tuintje, in gore kiel, betikt
De grafsteenhouwer grauwe blokken steen.
In 't achterhuis een arm klein meisje snikt.
V& sloeg haar, Moeder Iaat haar heel alleen.
'k Voel mij dat kind, dat in haar tranen stikt,
Zoo moe van roepen en van bang geween.
'k Voel mij dien steen, waaraan de beitel bikt -
Een sfeer van wanhoop wintert om mij heen.
PIots, wreed en vrooIijk, juicht een gramofoon,
Van tempo haastig, neuzelend van toon,
den platten straatdeun, grof, banaal en hard.
Een hond gaat huilen in de Ieege straat,
Het kind schreit luider — En mijn eenzaam hart
Bonst tot mijn keel, 't is of het breken gaat.