Sonett-Forum

Normale Version: De Bliksem
Du siehst gerade eine vereinfachte Darstellung unserer Inhalte. Normale Ansicht mit richtiger Formatierung.
Een loden lucht met in haar kolk het branden

Van gele zwavel schoof van 't oosten op.

De zware val van regendrop na drop

Stoorde tenauwernô de vale landen,



Terwijl een scherp licht de verlaten stranden

Van 't westen schuw bescheen. Een enkle top

Rees boven 't noordelijke duinenslop

En zag de dag in scheemringen verzanden.



Toen schoot de bliksem uit en helde kloven

En velden op in zigzaggende vaart,

Zodat de duisternissen wild verschoven;



En lang en luid kwam 't romlen van de donder

Hem na. Daar aanstonds 't onweer was bedaard,

Stroomde de regen neer, boven en onder.