25.09.2010, 20:09
DICHTERS VERDEDIGING
Verhaal van Plutarchus: toen grim van Goden
Sparta bedreigde speelden schoonste knapen
Hun sierlijk spel: bal werpen en bal rapen,
Bewonderd door benijdende genooden.
En dan: een haas verdwaald tusschen hun spel,
Eén ziet, hij roept, en juichend jagen al
De jongens achter hun levende bal.
Langs den zonneweg verdwijnen zij snel.
De grond verscheurt en in woedende spleet
Verzinkt elk man, die Goden onrecht deed,
Maar één Knaap zelfs deert het delgend vuur niet.
Dus toonden hoogste Goden mededoogen
Aan Jeugd en Schoonheid, zoude ik dan niet mogen
Die jong en schoon zijn vieren met mijn lied?
Verhaal van Plutarchus: toen grim van Goden
Sparta bedreigde speelden schoonste knapen
Hun sierlijk spel: bal werpen en bal rapen,
Bewonderd door benijdende genooden.
En dan: een haas verdwaald tusschen hun spel,
Eén ziet, hij roept, en juichend jagen al
De jongens achter hun levende bal.
Langs den zonneweg verdwijnen zij snel.
De grond verscheurt en in woedende spleet
Verzinkt elk man, die Goden onrecht deed,
Maar één Knaap zelfs deert het delgend vuur niet.
Dus toonden hoogste Goden mededoogen
Aan Jeugd en Schoonheid, zoude ik dan niet mogen
Die jong en schoon zijn vieren met mijn lied?